Notulen Presentatie Meldcode Huislijk Geweld en Kindermishandeling 03-07-2019.
Verslag van een
gespreksronde / presentatie Meldcode Huislijk Geweld onder leiding van de
moderator Dhr. Robert Hubers, waarbij als genodigde sprekers aanwezig waren:
Stadsdeelvoorzitter Amsterdam Oost Dhr. Paarten Poorter, Mw. Wilma van der Camp sociaal werker en Mw. Joke Raak preventie-werker allebij werkzaam bij Dynamo,
Mw. Melanie Verhoef projectleider BOOT/HVA en Mw. Madelon Mijer voorzitter en coordinatrice
bij het Vrouwenhuis De Kat allen werkzaam in en rond Amsterdam Oost, met als
gastheer Dhr. Ahmed El Mesri en vrijwilligers verbonden aan Assadaaka.
(Kindermishandeling valt het ook deels onder huislijk geweld, daarom wordt in algemene term even kort onder de term Huislijk geweld gesproken als er in algemene zin wordt gesproken, en in principe is de term Huislijk ook weg te laten, want het gaat om geweld in het algemeen, maar huislijk geweld en kindermishandeling is vaak gaande in een verborgen sfeer met een vrees/taboe om er over te spreken.)
Robert Hubers opent als
moderator de middag: Er is door de overheid een staooenplan Meldcode huislijk
geweld en kindermishandeling opgesteld, maar wat doe je daarmee in de praktijk?
Centraal staat de vraag ‘Wat is huislijk geweld (en kindermishandeling), hoe
herken je het en hoe ga je er mee om als professionall/ vrijwilliger of gewoon
burger in de buurt’. Hier in Amsterdam
Oost zijn wij, waaronder de medewerkers en vrijwilligers van Assadaaka als een
van de eersten vooruitstrevend ermee bezig om de meldcode een practische
werkvorm te geven.
Hierna kreeg Ahmed El Mesri als eerste het woord, die de
presentatie met een toespraak inleidde: Huislijk geweld is een lastig te
maatschappelijk probleem, want er rust een taboe op dit onderwerp ook voor de
slachtoffers zelf uit schaamte en/of angst voor het erger maken ervan door met
derden erover te praten. Huislijk geweld beslaat niet alleen een problematiek
tussen partners, maar beslaat ook kinder- en
ouderen-mishandeling. Assadaaka is als organisatie actief in ondersteuning,
waar vrouwen (veel van allochtone afkomst) laagdrempelig diverse ondersteuning
krijgen. Assadaaka heeft hierdoor eigenlijk al een platform en een netwerk
beschikbaar om op deze nieuwe meldcode te omarmen in de vraag hoe ga je in de
praktijk met deze meldcode om. Assadaaka heeftvertrouwenspersonen en heeft
contact met diverse professionele instanties, waaronder Dynamo voor het
hulpaanbod en ook de Stadsdeelraad voor een snellle interventie als deze
gewenst is. De meldcode is niet alleen een code om huislijk geweld te melden,
maar ook een code ter preventie naar erger geweld in een eerder stadium. De
meldcode gaat een sociale cohesie met oog voor en hulp aan elkaar en niet over
een verklikker-cultuur.
Marten Poorter: Er is een
uitvoeringsplicht ontstaan met deze Meldcode Huislijk geweld. Maar hoe
realiseer je zoiets in de praktijk? De antwoorden betreft practisch
werkzaamheid in uitvoering ervan komen dichterbij. Enerzijds is er het
organisatie-probleem wat we het hoofd bieden met een netwerk met oranisaties
zoals Dynamo en Vrouwenhuis De Kat, maar anderzijds is er het probleem hoe je
vermoedelijke slachtoffers kan benaderen. V aak kunnen we slachtoffers in hun
probleem niet op tijd bereiken. Het
krijgen van vertrouwen krijgen van slachtoffers in het omgaan met de meldcode
is het moeilijkste. Iedereen heeft zijn eigen methode in persoonljke omgang,
maar het vertrouwen an sich is en blijft het moeilijkste onderwerp. Hoe bereik
je een slachtoffer? Geweld tegen partners, kinderen, vrouwen, ouderen, je
benaderd hen in kwetsbare momenten ermee, daar is een innovatieve manier van
omgang voor nodig, waarbij zelf hulp organisaren en deels mee te gaan met het
slachtoffer een manier is. Daarom is er een meldcode. en om die meldcode adequaat
vorm te geven zijn er trainingen en is investering erin nodig voor jezelf en
Amsterdam als leefbare stad.
Fatima Administratie Assadaaka
(begeleid jongeren bij prolematieken met huislijk geweld): In de zomervakantie
zijn veel buurthuizen dicht, waaronder Assadaaka, die nota bene in een sporthal
is gevestigd. Er zijn gezinnen, die gratis brood voor de armen komen halen bij
Ahmed, die dan zeg maar verhongeren met bijkomende problematieken in
gedragingen. Kan de Stadeelraad helpen, om buurtuizen open te houden in de
zomervakanties? Maarten: niet allee buurhuizen zijn gesloten, maar soms zijn er
practische redenen aanwezig zoals bij voorbeeld de sporthal waar Assadaaka in
zit, die afhankelijk zijn van bevoegd aanwezig toezicht in de sporthal als deze
open is, maar inderdaad er zou eigenlijk een soort ‘zomerwacht organisatie’
moeten komen. Dynamo: Wij zijn altijd open, maarde ervaring leert dat er een
kosten-efficientieprobleem is waardoor jongerencentra sluiten: er zijn door de
vakantie zelfs veel minder jongeren aanwezig dan medewerkers op dergelijke
momenten.
Wilma van der Camp maatschappelijk
werker bij Dynamo: Geweld is al heel lang een onderwerp bij Dynamo en deze
aandacht is zowel op personen als op groepen gericht. Maar er zijn dus ook
andere vormen van grensoverschreidend gedrag. Voor de vrouwen en kinderen
hebben we nu een aandachtsfunctionaris, die de uitvoering van de meldcode voor
Dynamo verder gaat ontwikkelen met de eigen bestaande contactpersonen in een
persoonlijke zelf-hulp organisatie, want signalering is in de praktijk met je
neus er boven op, de waarnemer van het eerste uur, daar komt het op de
schouders neer en komt het op aan, want wat ziet die en wat doet die medewerker/vrijwilliger
er vervolgens dan mee?
Melanie Verhoef
projectleider bij HVA BOOT: Op onze Hogeschool laten we studenten ook in de
maatschappij zelf leren en ervaren ook met de meldcode. Een stichting praat over
een gesignaleerd probleem, dan is het vervolgens aan de profeesional hoe die
met demeldcode en de melding omgaat. Preventie is ook een belangrijk onderwerp
voor medewerkers en het stadsdeel, maar wat betekent de meldcode en hoe ga je
ermee, wat zijn signalen van huislijk geweld en hoe krijg je daar (alert) oog
voor. Vorig jaar hebben 5 studenten praktijkgericht onderzoek gedaan onder
professionals en vrijwilligers in het leren om te gaan met meldingen van
geweld. Hoe kan je iets concreets met de melding doen, hoe kan je mensen
bereiken over de meldcode, zodat ook vrijwilligers in de buurt ermee kunnen
werken. Wat is het probleem waar je op moet letten ten behoeve van de
uitvoering van de meldcode? Er zijn
diverse aspecten aan de problematiek van huislijk geweld ten behoeve van het
opakken van de signalering: aleereerst is er een goede samenwerking nodig
binnen een basis van vertrouwen. Dit jaar hebben we een groep tweedejaars
ergotherapie-studenten (blanco betreft ervaring) er op los gelaten: hoe maak je
de meldcode duurzaam toegankelijk en
toepasbaar is voor diverse vrijwilligersorganisaties? De meldcode als
schematisch format moet niet alleen bi nen de eigen organisatie met de
bijhorende eigen verantwoordelijkheden werken (anders blijft de gesignaleerde
problematiek enkel bij de melding). In het begin waren ook nog niet alle
organisaties bekend met de meldcode, maar het verspreid voort. Ahmed: het bestaan van de meldcode is het
eerste onderwerp, maar er is nog geen practische winst behaalt ermee, en
hiervoor is vertrouwen winnen het
allerbelangrikste ingredient. Geth vrijwilliger bij Assadaaka: er zijn 44
sessies georagniseerd voor vrijjwilligers ook bij de witte Boei bijvoorbeeld
over wat is huislijk geweld en kindermishandeling, en hoe herken je (stille)
signalen en hoe maakt je contact erin. Madelon Mijer van Vrouwenhuis De Kat: de
vertrouwens persoon is alles in het eerste contact, daar staat of valt de
practische uitvoering hulpverlening. Vaak is het een vrijwilliger die de eerste
signalering maakt en die dat vervolgens dan moet melden, maar hoe ga je daar
mee om, want er is ook het onderwerp eigen veiligheid ermee. Na het signaleren
moet je eerste vertrouwen wekken alvorens je kan melden. Wat is de juiste
aanpak in de praktijk naar het slachtoffer toe rond het bieden van hulp, want daar gaat het uiteindelijk om.
Madelon Mijer van Vrouwenhuis
De Kat (vervolg): Er is een meldketen in samenwerking, maar het begin ervan is
het practisch kunnen oppaken van het problleem met signaleren, verrouwen wekken
en kunnen melden. De meldcode (plicht) roept ook angsten opin het omgaan met
verantwoordelijkheden, want je eigen onderbuik gevoelens bestaan ook naast/met
je intuitie. OOK daar is vertrouwen het toverwoord: je moet zo snel melden en
niet te lang wacjten uit persoonlijke angst. Vroegtijdg signaleren is binnen
een zekere laagdremeligheid van melden (hoe langer je wacht hoe moeilijker de
probleemsituatie en het melden wordt) en wekt tevens constructief aan de
vertrouwensrelatie. Naast de melding is ook de terugkoppeling belangrijk: wat
is er met een melding vervolgens gedaan? Momenteel is de capaciteit nog beperkt
om aandacht te geven aan meldingen,maar als er meer resultaat met de uitvoering
van de meldcode komt, zullen er ook meer meldingen komen (vanwege de ervaren
werkzaamheid van melden).
Medewerker Assadaaka: Het
signaleren en melden en het vervolgens kunnen opakken kan ook bemoeilijkt worden het verschil in
cultuur als bikoend probleem, waardoor er een zekere stuurlossheid ontstaat. Je
meoet iemand hebben als contact- en vetrouwenspersoon, die de taal
(letterlijk!) verstaat en spreekt maar die ook de cultuur kent, waardoor er
meer informmatie naar buiten kan komen. Assadaaka is hiier al een voorbeeld van
in werkzaamheid als organisatie van de buurt. In overleg moeten casi ook
geanonimiseerd in evaluatie gedeeld kunnen worden met anderen ter kwalitatieve
lering ermee, want de meldcode is nieuw en we moeten er allen mee leren omgaan
en een weg in vinden. Geth Assadaaka: als er iets gebeurt is er een netwerk met
kerk of moskee en buren, maar je moet je ook afvragen waarom het probleem ontstaat, want een melding is altijd achteraf,
en het melden moet tijdig zijn, waarbij de mensen niet het gevoel krijgen dat
ze erbij gelapt worden, maar dat je naast ze staat en dat de overheid
(hulpverlening) geen tegenstanders is, want het gaat om de prakrijk van HULP
bieden. In de basis is de vrijwilliger vaak de belangrijkste spil als we
spreken over vroegtijdig signaleren.
Joke Raak van Dynamo:
geeft een voorbeeld over ene ‘Ali’. De jongen loopt zomer en winter altijd in
dezelfde kleding. Thuis is er veel ruzie, er zijn financiele problemen en Ali
krijgt ook slaag. Wat doet de school? Dat is een van de eerste ingangen als we
over signalering spreken. Als je met de meester erover praat zegt die: ,,ja ga
er maar met de intern begeleider er over spreken”, maar als je vervolgens met
de intern belleider er over spreekt zegt die weer: ,,ja, ga er maar met de
meester erover praten”. Dat is de functie het eeuwige doorverwijs-loket als
afschuifmethode van verantwoordelijkheden. Er moet dus een plek zijn, waar
mensen terecht kunnen met hun probleem om dat probleem te kunnen doorbreken. En
dat is liefst binnen de eigen organisatie, maar als extern hulpnodig is zoals
Dynamo biedt kan dat, maar we beginnen hier/daar in de eigen kring van
signalering en omgeving.
Opmerkingen over en weer
uit het kringgesprek: het probleem an sich is niet het aan andere mensen
vertellen door het slachtoffer, maar vaak werkt het als de plons in de vijver,
men schrikt even op of neemt de geboden informatie direct as ter kennisgeving
aan en gaat (wekijkend) weer verder met de eigen orde van de dag. We moeten ons
geen illusies maken, je buurman kan iets niet oplossen (hij/zij kan wel
melden), maar ga dan verder zoeken. We kunnen ook niet alles oplossen, maar we
moeten ergens beginnen in de hoop dat we elkaar dan weten te vinden, daarom is
vroegtijdig signaleren belangrijk. Mensen zijn slecht bereikbaar, want de
hulpverlening zelf geniet ook eigen zelf-vertrouwen
om hulp te bieden. Hulpverlening kost tijd, en het probleem gaande stopt ook
niet zomaar na een melding en eerste interventie, ook betreft huislijk geweld.Wilma van der Camp maatschappelijk werker bij Dynamo: er is een meldcode opgesteld (wettelijk dus bindend) met vijf stappen van handelen, deze stappen zijn bindend voor zorg-professionals, ze zijn ook geacht deze te kennen en ook te volgen en dit geld ook voor vrijwilligersorganisaties, alhoewel het niet reeel is om dit van vrijwilligers te verwachten en de zelfde eisen van verwachtingen van handelen te kunnen stellen, maar melden is wel de eerste stap om te doen, want eigen betrokkenheid voor een ander er zijn is juist het principe van vrijwilliger zijn. De meldcode is daarom ook in stappen onderverdeeld, zie bijlage, maar als eerste is belangrijk om:
- Te houden van mensen en betrokkenheid te tonen, dat is de binding die ook vrijwilligers hebben, waardoor er een basis is voor allereerst kunnen luistern en in communicatie verder kunnen praten, waarna een hulpverlening ermee in het verlengde bereikbaar/realiseerbaar is.
- Het vermogen tot signalering en het verder communiceren met een (vermoedelijk) slachtoffer is ook een vaardigheid, waarbij de vragen aan een persoon op de eerste plaats vanuit een interesse worden gesteld (sociale cohesie). Hoe eerder een probleem bespreekbaar kan worden, hoe minder een gesignaleerde problematische siuatie de tijd krijgt om te kunnen escaleren.
Siegfried vrijwilliger Assadaaka: als signaleren en melden gedaan wordt vanuit interesse voor elkaar en sociale cohesie en een signalering bleek daarna toch onjuist, dan nog als de betreffende persoon ervaart dat de melding uit bezorgdheid is gedaan voor elkaar, dan kan dit positief werken want de betreffende persoon kan hierdoor ook enthousisast worden over het principe achter de meldcode: sociaal welzijn.
Opmerkingen over en weer uit
het kringgesprek: bij problematiek is het belangrijk om te zoeken naar
causaliteit de in vermoedelijke problemen: is er een probleem van drugsgebruik,
geldtekort, frustratie of geen geen werk of is er sprake van huislijk eweld
etc., en wat zijn achtergfronden daarbinnen. Personen moeten begeleiding
krijgen, want vrijwilligers moeten vragen kunnen over vragen van achtergrond
over een probleem ten behoeve van de melding naar de hulpverlening toe. Een
aangehaald voorbeeld is slachtoffers van oorlogsgeweld met getraumatiseerde
gezinnen, gewled zit in hun denksysteem, die mensen moeten groepstrainingen
krijgen om voor zover mogelijk te kunnen verwerkien wat ze hebben meegemaakt.
Geweld is altijd een probleem wat verborgen op de achtergrond zich afspeelt.
Vrouwen hebben ook trauma’s door een voorgeschiedenis van geweld. Geweld gaat
ongemerkt door. Na melding bij Dynamo is het probleem bijvoorbeeld weer door te
verwijzen naar 40-45 voor oorlogsverwerking. We moeten alles samen doen en kijken waar behoefte aan
is in een warme overdracht ten
behoeve van het vertrouwen, want dat is de basis van hulpverlening. En het
vertrouwen levert nog een profijt op ten behoeve van de terugkoppeling, want
daar is ook vertrouwen voor nodig, want een bijkomend probleem is de wettelijke
geheimhoudingsplicht voor zorgverleners die terugkoppeling kan beletten als een
te helpen individu deze terugkoppeling niet wenst. DUS ALLES BEGINT MET
VERTROUWEN...
De middag wordt met een
dankzegging afgesloten en de wens wordt uitgesproken, dat ook anderen zoals
hier het initiatief zoals dit in Amsterda Oost wordt opgepakt ten aanzien van
de uitvoering van deze meldcode ook overgenommen wordt door anderen. Samen
maken we de maatschappij!
Siegfried van Hoek.
Voor meer informatie tijdens
kantooruren:
ASSADAAKA: Polderweg 300, 1e etage, 1093 KP Amsterdam |
Tel: 0647440672 | E. info@assadaaka.nl | W. www.assadaaka.nl
Geen opmerkingen:
Een reactie posten