vrijdag 27 januari 2012

Toespraak Ahmed El Mesri voorzitter stichting Onze Hoop op 25 januari 2012 Nieuwjaarsreceptie

  
 
 

Voor de nieuwjaarstoespraak van dit jaar las ik een toespraak die ik een paar jaar geleden gehouden heb, namelijk in 2009. Een aantal dingen, zo kan ik concluderen, zijn veranderd, maar een aantal dingen zijn ook nog steeds hetzelfde gebleven. De veranderingen zijn ten goede, maar de dingen die hetzelfde gebleven zijn, behoeven nog steeds verbetering. De kernvraag blijft nog steeds wat het komende jaar gaat brengen voor migranten met een handicap of chronische ziekte en hun familie. Want het is duidelijk, inmiddels, dat dit een groeiende groep is in de samenleving, een groep waar wij, van stichting Onze Hoop al jaren geleden aandacht voor gevraagd hebben. En ook met deze bijeenkomst willen, ja moeten wij aandacht vragen voor deze groeiende groep medelanders.

Met het groeien van deze groep groeit ook stichting Onze Hoop mee; wij hebben natuurlijk al jaren lang ervaring, ook omdat wij ervaringsdeskundigen zijn, maar niet alleen daarom. Al jaren lang gaan wij om met officiële instanties en wij weten hoe die werken en hoe moeilijk het is voor mensen om de juiste weg te vinden. Dat vinden wij jammer. Daarom zijn wij al, sedert mijn laatste toespraak van 2009, ja, sedert het oprichten van onze stichting, Onze Hoop, die niet voor niets Onze Hoop heet, bezig met het toegankelijker maken van die organisaties. Mensen komen uit hun sociaal isolement en dat is belangrijk! En het wordt alleen maar belangrijker. Het is zo jammer dat de politiek al die signalen die wij al jarenlang uitzenden, niet opgevangen heeft; en nu is het zo alsof er op een gegeven moment wél iets doorkomt, maar al die jaren daarvoor niet.

De toekomstvisie van Onze Hoop om onze cliënten beter bij te staan:

  1. Professionalisering: we hebben ons in de loop van afgelopen jaren verder geprofessionaliseerd en we gaan daar mee door. Dit uit zich onder andere in een efficiëntere administratie en mentaliteit.
  2. we zijn in 2011 begonnen met het organiseren van conferenties om onze doelgroep bredere bekendheid te geven bij een groter publiek, o.a. de zorg en welzijnssector. we gaan meer samenwerken met zorgsector en overheid.
  3. Samenwerking met Cliëntenbelang Amsterdam: gaan we uitbreiden. Bv op het gebied van diversiteit en signalering van knelpunten. Een aantal kernbegrippen keren steeds weer terug in de discussies. Dat zijn ouderen, mantelzorg, sociaal isolement en lotgenotencontacten. Bij ouderen valt op dat ze nogal ouderwets zijn; bepaalde taboes en opvattingen over persoonlijke waardigheid leven bij hen vaak sterker. Ook werd  tijdens de conferentie benadrukt dat personeel in zorg en welzijn meer geschoold moet worden.
Het is een belangrijk gebeuren: het sociaal isolement... en alweer krijgen wij niets te horen, terwijl het daar juist allemaal over gaat... Het is belangrijk om eenzaamheid te bestrijden, om mensen zich beter te laten voelen, vooral hier, in het land waar zij, hoe dan ook, wonen; het is belangrijk dat wij ons als gezamenlijk beschouwen en niet als apart... het is niet alleen een taak van ons om daar een taak van te maken, maar ook zeker van de politiek... en dat had al jaren geleden moeten gebeuren.

Wij, van stichting Onze Hoop, pleiten voor een open houding, voor alle mensen. Het is allemaal zo mooi, zoals het ons voorgesteld wordt: we gaan mooi met elkaar om... maar de werkelijkheid is vaak nogal anders... wij geloven dat de werkelijkheid ook nog wel een woordje erin te zeggen heeft...

Daarom vragen wij nog eens aandacht voor stichting Onze Hoop...zij verdient het...omdat zij een andere aanpak heeft dan de conventionele organisaties. Onze kracht is dat wij niet zijn als iedereen.

Wij willen iedereen cliëntenbelang, alle vrijwilligers, alle stagiaires, de gemeente en andere zusterorganisaties bedanken voor hun ondersteuning en samenwerking in het afgelopen jaar.
Wij hopen ook in het nieuwe jaar op u te mogen rekenen.
Laten we een toast uitbrengen op ons zelf. Wij hebben het goed gedaan en in 2012 gaan we het nog beter doen.

Dank u.

dinsdag 24 januari 2012

Toespraak Ahmed El Mesri op VRIJDAG 20 JANUARI jl.Themabijeenkomst Veiligheid op het Makassarplein

 


Op VRIJDAG 20 JANUARI jl. organiseerde de multiculturele vereniging voor vriendschap Assadaaka in Centrum Ruma Khami een thema-avond: Themabijeenkomst Veiligheid op het Makassarplein. Doelstelling van de themabijeenkomst was om de problematiek van hangjongeren en de veiligheid op het Makassarplein in de Indische-buurt. Hier volgt de toespraak van Ahmed El Mesri. voorzitter Assadaaka.

Themabijeenkomst: ”Veiligheid op het Makassarplein”
Goedenavond, dames en heren,

Assadaaka organiseert vanavond een bijeenkomst over veiligheid in de buurt in het algemeen en op het Makassarplein in het bijzonder. Er doen geruchten de ronde dat het Makassarplein één van de onveiligste pleinen in de buurt, zelfs in Amsterdam is. De stadsdeelpolitiek heeft zijn eigen manier om hier een oplossing voor te vinden, maar aan de oplossingen die er al zijn, wordt geen aandacht gegeven. Assadaaka zit nu al een jaar in buurtcentrum Ruma Khami, waar wij ook deze avond organiseren, en in die tijd is het plein alleen maar veiliger geworden, mede dankzij de centrale rol die Assadaaka gegeven heeft aan dit centrum, een laagdrempelige plek waar buurtbewoners zich prettig voelen, waar de deur altijd openstaat en waar iedereen welkom is voor een gesprek, om bij elkaar te komen, met elkaar van gedachten te wisselen, ook over de rol die buurtbewoners kunnen spelen in het veiliger en leefbaarder maken van de wijk.

Ik ben Ahmed El Mesri, oprichter en voorzitter van de multiculturele vereniging Assadaaka.

Eind vorig jaar heeft onze stadsdeelvoorzitter, mevrouw Fatima Elatik, aandacht gevraagd voor de toenemende overlast van Marokkaanse jongeren; wij vinden dit raar, want er is niet te ontkennen dat door de bezuinigingen op het jongerenwerk van de afgelopen jaren er voor jonge mensen nauwelijks meer iets te doen is in de buurt. Het is dan ook niet meer dan logisch dat jongeren bij elkaar komen om nog te proberen zich te vermaken.

Soms, dat zullen wij niet ontkennen, leidt één en ander tot een zekere mate van baldadigheid of zo u wilt, zelfs geweld. Het is echter maar de vraag of deze ‘hangjongerenproblematiek’ op te lossen is door, zoals mevrouw Elatik voorstelt, de ouders verantwoordelijk te stellen en zelfs eventueel te korten op hun uitkering, iets waar, zoals de fractievoorzitter van de SP, Meta Meijer, zegt: de politiek gaat daar helemaal niet over. Het zijn weer loze woorden die alleen maar discussie uitlokken, maar zinloze discussies.

Wij willen vanavond gaan kijken welke maatregelen genomen kunnen worden om tot daadwerkelijke oplossingen te komen, oplossingen die wij al voor een belangrijk deel aangedragen hebben – en nog steeds aandragen. Wij moeten ophouden met stigmatiseren in de zin van ‘hangjongeren’. Het woord ‘jongeren’ durven wij nauwelijks meer in de mond te nemen, omdat het bijna synoniem geworden lijkt te zijn met ‘hangjongeren’. Terwijl de oorzaak van de problematiek zo duidelijk is als wat: bezuinigingen op het jongerenwerk hebben ertoe geleid dat er geen of nauwelijks nog voorzieningen zijn waar jonge mensen naar toe kunnen in hun vrije tijd.

En de ‘overlast’ die vervolgens veroorzaakt wordt, wordt met miljoenen euro’s kostende investering, met name in straatcoaches, weer bestreden. Hoezo bezuinigingen, vragen wij ons dan af; aan de ene kant wordt er voor honderdduizenden bezuinigd op jongerenwerk, op buurthuizen, op allerlei voorzieningen – en als die voorzieningen eenmaal weg zijn, dan kan je ze niet zomaar weer terugkrijgen – , aan de andere kant moet er dan voor miljoenen uitgetrokken worden om de problemen aan te pakken die ontstaan door deze nieuwe situatie.

Wij van Assadaaka hebben al laten zien dat de oplossingen veel gemakkelijker en goedkoper zijn dan vanuit de stadsdeelpolitiek veelal gesuggereerd wordt: mensen moeten betrokken worden bij hun buurt, bij hun woon- en werkomgeving. En dat geldt natuurlijk niet alleen voor volwassenen, maar net zo goed voor jongeren. Wij hebben van Ruma Khami een centrum van het Makassarplein gemaakt, waarmee wij de onveiligheid – of zelfs veelal vermeende onveiligheid – aangepakt hebben.

Vanavond willen wij het dan ook hebben over de kern van de problematiek van onveiligheid: waardoor ontstaat het gevoel van onveiligheid – vaak immers is het niet eens onveiligheid zelf, maar eerder een gevoel van – en wat kunnen wij eraan doen? Wij denken dat het in ieder geval heel belangrijk is mensen niet te stigmatiseren: niet de beschuldigende vinger te wijzen naar jongeren noch naar ouders, maar om met elkaar in dialoog te gaan. Zo kunnen wij komen tot een oplossing en tot een buurt die daadwerkelijk veiliger is en fijner om te wonen. Participatie en sociale cohesie: soms kan je denken dat het lege begrippen geworden zijn, niet meer dan woorden, maar Assadaaka heeft ze altijd hoog in het vaandel staan en, wat belangrijker is, brengt ze ook in de praktijk, zoals het afgelopen jaar in Ruma Khami aangetoond heeft. Wij gaan er gezamenlijk de schouders onder zetten, vanuit de instelling dat we allemaal ons steentje kunnen bijdragen aan een veiliger buurt – een fijnere buurt om te wonen, te werken, te leven.

Assadaaka heeft er altijd naar gestreefd om het Makassarplein veilig en leefbaar te maken voor haar bezoekers en omwonenden. Wij denken dat wij daar goed in geslaagd zijn. Denkt u er ook zo over? Laat u ons dat weten! Wij horen graag uw mening.

Toespraak Ahmed El Mesri op 20 januari 2012 - Themabijeenkomst Veiligheid op het Makassarplein

zaterdag 14 januari 2012

Een verslag van de bijeenkoms​t 'Vrijwilli​gerswerk en het creëren van binding, in het bijzonder voor migranten met een handicap'.

 
 
 
 

Een verslag van de bijeenkomst 'Vrijwilligerswerk en het creëren van binding, in hetbijzonder voor migranten met een handicap' op 8december jl. van stichting Onze Hoop.

PlantageMiddenlaan 14-1
1018 DDAmsterdam
info.onzehoop@gmail.com


Bijeenkomst'Vrijwilligerswerk en het creëren van binding, in het bijzonder voor migrantenmet een handicap'.

Datum: 8 december 2011, tijd: 14.00-17.00uur,
Plaats: Gerardus Majellakerk, Lombokstraat
Aanwezigen: 45

De stichtingOnze Hoop van , voor en door migranten met een handicap of chronische ziekte enhun families die zich speciaal inzetvoor migranten met een handicap, deze bijeenkomst georganiseerd om nader teonderzoeken of het ook mogelijk is om als migrant met een handicapvrijwilligerswerk te doen. Waarom zetten beide organisaties zich hiervoor in?De voorzitter van stichting Onze Hoop, Ahmed El Mesri, werkt al jaren – OnzeHoop bestaat inmiddels 7 jaar – met vrijwilligers van zowel Nederlandse alsniet-Nederlandse afkomst en hij ziet dat het heel belangrijk is om, als iemandgepensioneerd is of geen betaald werk (meer) heeft, in ieder geval bezig teblijven, om deel te blijven nemen aan de maatschappij, omdat zeker voor mensenmet een handicap het gevaar van vereenzaming en alleen thuis te blijven,misschien, in het beste geval, nog omringd door mantelzorgers, maar geen enkeldeel meer hebben aan de maatschappij.

Dit gevaaris voor de bewoner met een migrantenachtergrond nog extra groot. Vaak heeft mendan al een gering sociaal leven – vaak alleen maar familie zoals kinderen, maardie hebben vaak een eigen leven en zijn in Nederland opgegroeid, hebben vaakwerk en een sociaal leven en zitten niet te wachten om hun ouders nog de zorgte geven die ze nodig hebben. Het is één van de problemen waar migranten meekampen en waar Ahmed al regelmatig aandacht aan gegeven heeft en voor gevraagdheeft.

Op dezebijeenkomst zijn mensen bijeengekomen die óf zelf vrijwilligerswerk doen of opandere wijze met vrijwilligers te maken hebben. Er is onder andere iemand vande Vrijwilligerscentrale (Amsterdam) bij en iemand van Osiragroep, de zorggroepvan Amsterdam die zich richt op wonen, zorg en welzijn voor ouderen,(chronisch) zieke mensen en mensen met een beperking.

Eenvrijwilligster die al jaren bij stichting Onze Hoop werkt, vertelt haarverhaal; zij zit in een rolstoel en zij weet hoe het is om met een beperking temoeten leven. Eerst begon zij als activiste tegen seksueel misbruik vanvrouwen, met andere vrouwen richtte zij een vrouwenbelnetwerk op, 'Vrouwenbellen vrouwen' waarvan na een aantal jaren de subsidie ingetrokken werd en dietoen opgeheven is. Ze wijst op de voordelen van subsidie – die, begrijpelijk,eruit bestaan dat je meer dingen kunt doen dan wanneer je geen subsidie hebt –,maar ze wijst er ook op dat subsidie je afhankelijk maakt van de subsidiegever.Sedert ze voor vrijwilligersorganisaties werkt, merkt zij dat er een zekeregelijkwaardigheid te vinden is; er zijn geen mensen die meer verdienen dananderen, iedereen wordt gewaardeerd om wie hij/zij is en om het werk dat zijverrichten, vaak heerst er een leuke sfeer – wat niet wil zeggen dat er nietgewerkt en vaak ook hard gewerkt wordt – maar het is sedert het voortschrijdenvan haar ziekte wel steeds moeilijker geworden.

De medewerkstervan de Vrijwilligerscentrale is geïnteresseerd in de verhalen die zij te horenkrijgt van ervaringsdeskundigen, vooral als het op het gebied van mensen meteen beperking of een (chronische) ziekte is.

Ahmed merktop dat er bij stichting Onze Hoop en Assadaaka veel mensen met een beperkingwerken, omdat hij zelf ook ervaringsdeskundige is en dus weet wat er voormensen met een beperking nodig is en hoe belangrijk het juist voor hen is.Hoewel hij mensen met een beperking heeft leren kennen als mensen die veelwilskracht hebben, merkt hij ook dat een heleboel organisaties die werken metvrijwilligers toch moeite hebben met mensen met een beperking.

Demedewerkster van Osira dat zij de mogelijkheden bekijken om een jobcoach voormensen met een beperking te regelen. Ook het idee van een activiteitencentrumwordt goed ontvangen.

Wat kunnenwe concluderen aan het eind van de middag?

Zelfsvrijwilligerswerk is voor mensen met een beperking moeilijk te vinden. Vaak ishet niet in eerste instantie dat mensen geen geschikt werk kunnen vinden omdatdat er niet is, maar wel dat het gebouw niet goed toegankelijk is, dat er geeninvaliden w.c's zijn en dat er andere faciliteiten ontbreken zonder welkeiemand niet kan werken.

Omdatvrijwilligerswerk zowel goed is voor het sociale leven van degene die hetverricht als voor de participatie aan de maatschappij als voor de eigenwaardeis het belangrijk dat er aan bovenstaande dingen aandacht geschonken wordt.

Aanbevelingen:

- Organisatiesmaken een speerpunt van de toegankelijkheid van gebouwen;

- Erwordt meer gezorgd voor facilitaire ondersteuning;

- Mensenmet een beperkingen moeten weten waar zij laagdrempelige begeleiding kunnenvinden bij het vinden van vrijwilligerswerk, dus communicatie;

- Demogelijkheden voor vrijwilligerswerk voor mensen met een beperking in kaartbrengen en volgen;

- Dejuiste bemiddeling voor de juiste persoon; bij de Vrijwilligerscentrale zou eenbemiddelaar die de specifieke problemen van mensen met een beperking kent;

- Aandachtblijven geven aan integratie en participatie voor mensen met een socialeachterstand of van migrantenafkomst.

Voor meerinformatie over stichting Onze Hoop: www.stichtingonzehoop.nl

Voor meerinformatie over Assadaaka: www.assadaaka.nl
Voor meerinformatie over de Vrijwilligerscentrale Amsterdam: www.vca.nu
Voor meerinformatie over Osiragroep: www.osiragroep.nl

Verslag: Een thema-avon​d Meervoudig gediscrimi​neerd op 7 december jl.

 
 

Een verslag van de themabijeenkomst: Meervoudig gediscrimineerd op 7 december 2011.
Heeft u na lezing van het verslag voorstellen voor follow-ups dan vernemen wij die graag op info@assadaaka.nl.


Een thema-avond Meervoudig gediscrimineerd bij Assadaaka

Bijeenkomst, georganiseerd door Assadaaka en Stichting Onze Hoop in samenwerking met Vrouwen aan het Woord in Ruma Khami, Makassarplein te Amsterdam.
Datum 7 december 2011, tijd vanaf 19.00 uur.

Er waren 30 mensen geweest. Zoals gebruikelijk bij Assadaaka was alles goed georganiseerd met hapjes en drankjes.

De avond begon met een informatieve film over discriminatie, gepresenteerd en gemaakt door Amina Amnouh van de stichting Vrouwen aan het Woord, die erover vertelde dat het een project was waar zij nog mee bezig is. Mensen van verschillende culturen en nationaliteiten vertellen hierin hun ervaringen met discriminatie. Er blijkt dat er, hoewel iedereen wel een zeker beeld van discriminatie heeft, de uitwerking op verschillende mensen ook allemaal verschillend zijn. En wat de één als discriminatie ervaart en als zeer ingrijpend, is voor een ander nauwelijks een probleem. Dus in ieder geval komt de vraag, nadat de film van ongeveer 20 minuten afgelopen is, aan de orde wat discriminatie nu eigenlijk is. Het is ook een goed begin van de discussie.

Veel aanwezigen blijken om verschillende redenen gediscrimineerd te worden. Er is natuurlijk het verschijnsel van vrouwendiscriminatie in het werkzame leven: uit allerlei onderzoeken blijkt immers dat vrouwen voor hetzelfde werk minder betaald krijgen dan hun mannelijke collega's, er is de discriminatie van mensen met afwijkende seksuele of relationele voorkeur, mensen die gediscrimineerd worden om hun handicap, om hun (chronische) ziekte, om hun (psychische of lichamelijke of soms beide) beperking, mensen van niet Nederlandse afkomst, mensen met een andere huidskleur enzovoort, enzovoort. Het begint vaak al op school: iedereen kent wel dat éne jongetje en meisje dat nergens bij hoort, dat iedereen links laat liggen, en dat vaak ook alleen maar omdat hij en zij 'anders' zijn dan de grote stroom.

Dat is misschien wel één van de dingen die al die verschillende vormen van discriminatie gemeen hebben: het is het uitsluiten van één of meer personen enkel op basis van een vooroordeel. Vaak zijn het vooroordelen die gebaseerd zijn op uiterlijke kenmerken en heeft degene die discrimineert of de groep die discrimineert hun mening gebaseerd op vooroordelen die op allerlei verschillende manieren tot hen gekomen kunnen zijn: opvoeding, media, sociale groep waar men zich bevindt of ook op het werk.
Eén van de aanwezigen merkte op dat discriminatie een specifieke vorm van agressiviteit is en die agressiviteit hoeft niet alleen maar psychische vormen aan te nemen in de zin van schelden, uitstoten enzovoort, maar het kan ook daadwerkelijk lichamelijke vormen aannemen: stoten, stompen, slaan en andere vormen van fysiek geweld.

De laatste tijd is er weliswaar aandacht voor discriminatie van de overheid en ook de gemeente Amsterdam doet met posters en dergelijke oproepen om mensen die gediscrimineerd zijn aangifte te laten doen, maar hebben vele aanwezigen de indruk dat het meer woorden zijn dan ook echte daden. Sommigen zeiden dat hun aangifte niet serieus genomen werd, anderen zeiden dat ze er niets meer van hoorden en dat ontneemt veel mensen de wil om aangifte te doen, zodat de cijfers hoogstwaarschijnlijk niet meer dan het topje van de ijsberg zijn. Discriminatie komt veel vaker voor dan we op grond van de cijfers kunnen concluderen.

Wat moeten wij, bewoners, in samenwerking met politie, overheid en politiek eraan doen? En wat kunnen wij de politiek en de overheid meegeven?
Een aanwezige medewerkster van het ombudswerk zegt dat ook het ombudswerk een veel actievere rol zou kunnen besteden in discriminatiepreventie en discriminatie in kaart brengen en een gemeenteraadslid van de SP heeft in het bijzonder aandacht voor discriminatie en zal hem zeker in de gemeenteraad onder de aandacht brengen. Er is wel, zoals boven opgemerkt, politieke wil, maar veelal weet men niet hoe er de vinger op te kunnen leggen.

Wat zijn de aanbevelingen van deze bijeenkomst?
– Een duidelijk beeld krijgen van het probleem en een duidelijk beeld krijgen van wat we ertegen kunnen doen;
– Eén aanwezige komt met het voorstel om een tribunaal in te stellen waar alles samenkomt en van waaruit actie ondernomen kan worden onder meer op basis van de mogelijkheden die de wet biedt;
– Sommigen vinden dat bedrijven die discrimineren moeten economisch aangepakt kunnen worden of vestigingsvergunningen intrekken;
– Scholen erbij betrekken met voorlichting, zodat kinderen al vroeg leren wat de gevolgen van discriminatie kunnen zijn en wat zij er zelf aan kunnen doen als ze het in hun klas, op hun school of in hun omgeving constateren, want discriminatie in het onderwijs is ook een groot probleem;
– Het geven van voorlichting niet alleen in het onderwijs, maar ook in het bedrijfsleven, bij de overheid en semioverheid;
– Een laagdrempelige mogelijkheid voor het doen van aangifte, een soort inloop, waar iedere aangifte geregistreerd wordt.

Meer informatie over Assadaaka: www.assadaaka.nl

Voor meer informatie over Vrouwen aan het Woord: www.salama.nl
Voor meer informatie over discriminatie op scholen: www.gemengdescholen.nl