De bijeenkomst van vrijdag 13 maart ging over inclusiviteit in de
samenleving i.h.k.v de week tegen racisme. Vrijwel alle
bezoekers/medewerkers/stagiaires hebben een eigen ervaring gedeeld. Één
stagiaire is een geboren moslima, maar wordt vaak binnen de moslimgemeenschap
niet voor vol aangezien, gediscrimineerd en gevraagd of zij bekeerd is. Buiten
dat ervaart zij ook uitsluiting in de rest van de maatschappij.
Een bezoeker met een Nederlandse achtergrond wordt gediscrimineerd
omdat hij leeft in een situatie van armoede, hij zegt dat het vroeger anders en
beter was, dat mensen beter behandeld werden en beter geholpen. Een andere
aanwezige is op 4-jarige leeftijd naar Nederland gekomen, zij is hier getogen.
Heeft hier op school gezeten, is de taal machtig en toch wordt zij vaak
gediscrimineerd wegens haar uiterlijk of de hoofddoek die zij draagt. De 3e
generatie loopt hier ook tegenaan, een stagiaire komt uit een dorp in Nederland
met alleen witte mensen, hij heeft het als kind zwaar gehad.
Een andere vrouw woont in een witte buurt en kreeg een negatief
schooladvies. In plaats van het vwo werd haar geadviseerd om naar de mavo te
gaan, meerdere kinderen worden beoordeeld met
een lager schooladvies dan hun werkelijk niveau. Helaas is dit nog
steeds actueel. Zo deelde een ieder iets over zijn of haar belevenis over
discriminatie en uitsluiting. Hieronder kun je de toespraak van Ahmed lezen.
Tegen Discriminatie, Racisme en Uitsluiting
Thema: Meervoudige gehandicapt en dubbel gediscrimineerd.
Geachte dames en heren,
Mijn naam is Ahmed El Mesri, ik ben geboren in Marokko, maar woon al
geruime tijd in Nederland en ik heb hier twintig jaar geleden de Assadaaka
Community opgezet, waarvan ik voorzitter ben. Door mijn lange ervaring op het
gebied van integratie en sociale cohesie heb ik een goed beeld gekregen van het
leven van veel mensen van niet westerse oorsprong die naar Nederland gekomen
zijn. Omdat ik gezien heb dat de problemen waar veel van deze mensen mee te
maken hebben, specifiek voor deze groep is, heb ik enige jaren geleden de
stichting Onze Hoop opgericht, die zich inzet voor mensen van niet Nederlandse
afkomst met een handicap.
Door de werkzaamheden en de vele mensen die ik via beide laatstgenoemde
organisaties ontmoet, hebben ik en mijn collega's een goed beeld gekregen van
wat het betekent om meervoudig gehandicapt te zijn. En daar wil ik het dan ook
graag met u over hebben. Wat betekent het om dubbel gehandicapt te zijn? En
waarom zijn mensen met een beperking en een niet Nederlandse achtergrond
meervoudig gehandicapt? Wat kunnen wij eraan doen en hoe moeten wij ermee
omgaan?
Ik heb al vaak gezegd en word er in mijn praktijkervaring voortdurend in bevestigd: de immigrant uit een niet Westers land heeft een handicap of misschien liever gezegd een beperking. Een beperking omdat hij hier als buitenstaander gekomen is en zelfs als hij erin geslaagd is om zo goed en zo kwaad als het gaat zich aan de Nederlandse maatschappij aan te passen, hij blijft toch een buitenstaander.
En als zelfs de goed geïntegreerde buitenlander toch altijd nog als een
buitenstaander gezien wordt, hoe veel meer geldt dat dan wel niet voor de
immigrant die hier gekomen is met het idee enkele jaren te werken en daarna
weer terug te keren naar het land van herkomst, kortom, de immigrant die nooit
geïntegreerd is. En juist die immigranten zijn het die veertig jaar geleden,
vaak als jonge, sterke mannen, naar Nederland kwamen en meegeholpen hebben het
land op te bouwen zonder er zelf echt deel aan gehad te hebben, die mannen zijn
het die nu de 65-jarige leeftijd naderen of gepasseerd zijn, die
arbeidsongeschikt geworden zijn van het veelal zware werk dat ze gedaan hebben,
en die gehandicapt zijn door hun ongeïntegreerdheid, hun echt vreemd zijn in
een wereld waarin zij weliswaar leven maar waarvan zij geen deel uitmaken.
Ook ik ervaar mijn lichamelijke handicap als een extra handicap.
Ik ben een goed voorbeeld van een geïntegreerde Marokkaan: ik spreek de
Nederlandse taal, ik probeer, voor zover mijn lichamelijke beperking het mij
toelaat, mee te doen aan de Nederlandse maatschappij, maar toch merk ik vaak
dat mensen mij in eerste instantie nog steeds zien als een Marokkaan en mij
soms zelfs met enige achterdocht bekijken.
Hoeveel meer geldt dat dan niet voor die vele mensen die onzichtbaar
waren zolang als zij aan het arbeidsproces deelnamen, maar nu, nu zij
lichamelijke beperkingen hebben en met veel psychische en sociale problemen te
maken hebben en vaak negatief in het beeld komen.
Jarenlang hebben zij hard gewerkt, maar nu worden zij vaak alsnog
gezien als mensen die misbruik maken van onze sociale voorzieningen. En hun
handicap van een niet Nederlandse achtergrond, die altijd op de achtergrond
meegespeeld heeft, die altijd aanwezig geweest is, die lijkt nu nog eens extra
geaccentueerd te worden door de lichamelijke en psychische handicaps die door
de ouderdom en het leven erbij gekomen zijn.
En ja, dat geldt zelfs voor de mensen die de zogenaamde tweede
generatie immigranten zijn: mensen die hier weliswaar geboren en getogen zijn,
maar ook nog de nationaliteit van het geboorteland van hun ouders hebben,
mensen die vaak heen en weer geslingerd worden tussen loyaliteit aan het
geboorteland en loyaliteit aan het land van ouderlijke herkomst, mensen die
zich hier niet volledig thuis voelen, maar die ook niet meer terug zouden
kunnen gaan naar het land van ouderlijke herkomst.
Ik kan nog een hele lijst op gaan noemen van mensen die te maken hebben
met deze dubbele handicaps of zelfs nog meer. Het loyaliteitsprobleem waar ik
het net over had, blijft niet beperkt tot de zogenaamde tweede generatie, maar
blijft doorgaan – en een oplossing van dit probleem lijkt nog steeds niet
voorhanden, integendeel: juist zelfs door de schijnbare of misschien zelfs
blijkbare verharding in het allochtonenvraagstuk lijkt dit alleen maar meer op
scherp gezet te worden: het 'wij' tegen 'zij'.
Maar gelukkig begint het besef door te dringen – een besef dat ik al
vele jaren heb en waarom ik een stichting als Onze Hoop in het leven geroepen
heb, waarom ook een organisatie als de Assadaaka Community belangrijk werk
verricht – dat de problematiek van de immigrant niet beperkt is tot het
verschil in cultuur, niet beperkt is tot een mislukte integratie, maar dat het
een veel groter complex is, dat op allerlei manieren in alle gebieden van het
bestaan doordringt.
Wij hebben in de afgelopen jaren veel ervaring opgebouwd in het
oplossen van problemen waarmee meervoudig gehandicapte immigranten te maken
hebben of te maken krijgen. De eerste stap – en dat blijkt steeds opnieuw van
enorm groot belang te zijn – , is erkenning van het probleem, zowel door degene
die met het probleem geconfronteerd wordt als door degene die aan de zijde van
de hulpverlening staat. Dat herkenningspunt wordt nu ook door beleidsmakers,
onderzoekers, hulpverleners en allerlei anderen die met deze mensen te maken
hebben, erkend. Wij zullen ook zeker niet stil blijven staan bij het
constateren van het probleem of het in kaart brengen van de situatie. Het is
onze taak om de situatie aan te pakken, om te komen tot een bevredigende
oplossing. Hopelijk kunnen wij hieraan vandaag een eerste bijdrage leveren.
Ik dank u.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten